Onderwijsraad pleit voor minder keuzevrijheid

15 december 2018

Donderdag 13 december publiceerde de Onderwijsraad de hoofdlijnen van de "Stand van educatief Nederland". Hierin waarschuwt de Raad voor het toenemen van de sociale segregatie - de keuzevrijheid in het onderwijs is te groot. Leerlingen van verschillende niveaus zien elkaar minder vaak in de klas.

De achterliggende 10 jaar is het aandeel brede brugklassen gedaald van 70% naar 55%. Was het vroeger vrij normaal dat er havo/vwo-brugklassen waren, steeds meer scholen (45%) kiezen voor categorale klassen. Over het algemeen wordt deze ontwikkeling gezien als een gevolg van de wens om leerlingen sneller op het juiste niveau te krijgen. En dat sluit weer aan op wat ouders graag willen.

Zelfs brede scholengemeenschappen die onderwijs aanbieden van vmbo tot en met vwo kiezen in de praktijk steeds meer voor scheiding tussen de verschillende niveaus. Bij slechts 18% van de brede scholengemeenschappen zitten leerlingen van alle niveaus op één locatie bij elkaar.

De Onderwijsraad analyseert deze ontwikkeling vanuit de gedachte dan sociale cohese een belangrijke taak is van het onderwijs. Wanneer kinderen in homogene klassen zitten, leven mensen steeds meer in hun eigen clubjes. Dit kan schisma's in de maatschappij veroorzaken. Hiervan zijn met name kinderen uit lagere sociale milieus en laatbloeiers de dupe.

De Raad is van mening dat de differentiatie te ver is doorgeslagen, ook al is keuzevrijheid een groot goed. "Maximale keuzevrijheid en maximale kansengelijkheid gaan niet per se samen." Om kinderen weer samen naar school te laten gaan, adviseert de Raad om als voorschoolse educatie één brede en toegankelijke voorziening voor jonge kinderen te maken. En ook zou bijvoorbeeld een vmbo'er al in klas twee moeten kunnen doorstromen naar het havo. Bij doorstroming wordt dan niet alleen gedacht aan opstromen. "Waarom zou je iemand op de havo geen kennis laten maken met het beroepsonderwijs? Het is absoluut niet zo dat wij de slimmeriken willen afremmen. Het gaat erom dat kinderen een brede ontwikkeling krijgen en dat verschillende sociale groepen elkaar weer tegenkomen. Daarvoor is een fundamentele bezinning nodig op het systeem."

Opvallend is dat met deze nieuwe aandacht voor segregatie niet, zoals eerder vaak gebeurde, het bijzonder onderwijs in de beklaagdenbank komt. Aan de andere kant heeft een grote keuzevrijheid natuurlijk wel te maken met de vrijheid van onderwijs.

Bron:

> Terug naar het nieuwsoverzicht <